vrijdag 27 juni 2014

Couch to 42k


Wat was het een mooi evenement, afgelopen zondag in Eindhoven. De tranen schoten mij in de ogen toen ik na 42 km over de finish kwam. Het was qua hardlopen dan ook wel een heel bewogen jaar voor mij.
Ruim een jaar geleden besloot ik de stoute schoenen aan te doen en van hardlopen meer te maken dan wekelijks met moeite 5km te rennen. Baantraining zou voor mij een stok achter de deur moeten zijn om mij net dat beetje meer te motiveren. En dat heeft het gedaan. Mijn conditie schoot als een raket omhoog. Binnen de kortste keren rende ik rondjes van 10km, maar dat was nog niet genoeg.
Begin dit jaar nam ik me daarom voor om mee te gaan doen aan wedstrijden en, ambitieus als ik was, heb ik me direct voor drie wedstrijden ingeschreven: de Parelloop in Brunssum (10km), de Dis-loop in Sittard (15km) en Maastrichts Mooiste (15km).
Ik begon het jaar goed: mijn conditie nam steeds meer toe en het lukte me om de 10km steeds sneller af te leggen. Echter, twee weken voor de eerste wedstrijd sloeg het noodlot toe. Een loopje in de modderige Gronsveldse bossen en heuvels werd mij teveel in ik een scheurtje in een spier in mijn bovenbeen opliep. Voor mijn gevoel viel ik even in een bodemloze put. Het ene moment was ik in topconditie, klaar om wedstrijden te rennen, het volgende moment moest ik anderhalve maand rust nemen. Nog zwaarder werd het toen ik als toeschouwer bij de Dis-loop zag dat ik met mijn tijden een podiumpositie had kunnen behalen.
Met nog twee weken voor Maastrichts Mooiste en genoeg behandelingen en motivatie van mijn fysiotherapeut kreeg ik de kans om mij alsnog klaar te stomen voor de laatste van de drie wedstrijden, maar een toptijd kon het al niet meer worden. De wedstrijd viel me zwaar. Vanaf de eerste heuvel begon mijn voet te slapen en dat duurde zo ongeveer tot de laatste heuvel. Met pijn en moeite heb ik de finish gehaald. Het idee om hetzelfde jaar ook een keer een marathon te rennen, wat al een tijdje door mijn hoofd spookte, liet ik toch maar even los. Eerst weer eens even mijn conditie op peil krijgen en in een goed ritme komen.
In de maanden die volgden gin mijn conditie langzaam maar zeker weer vooruit. De afstanden werden steeds groter en voor ik het wist rende ik opeens de afstand van een halve marathon. Dit rook naar meer en stiekem begon die marathon weer door mijn hoofd te spoken. Als ik een halve marathon kan rennen, dan moet een hele toch ook lukken?!
Ik besloot er daarom gewoon een te kiezen die, met wat extra training, haalbaar moest zijn. De Rursee Marathon in de Eiffel: een pittige, maar daardoor een extra leuke uitdaging. Samen met mijn trainer stelde ik een twaalf-wekenplan op om mij er op voor te bereiden en ik ging aan de slag. Om een beetje het wedstrijdgevoel te krijgen en om een keer een grote wedstrijd gerend te hebben, leek het mij een goed idee om de Sint Pietersberg Trail te rennen. Een trail, zo dacht ik, dat was door het bos rennen. Nu, daar heb ik me toch op verkeken. Behalve dat ik vanaf de negende kilometer buikpijn kreeg (wie schenkt er dan ook cola bij een drankenpost??) had ik niet verwacht dat ik over omgevallen bomen moest klimmen en dat ik zelfs heuvels moest beklimmen door mij aan boomwortels op te trekken. Met totaal verkrampte spieren en een gemoedstoestand van 0,0 kwam ik na 32km over de finish.
Toch maar eens gecontroleerd of de Rursee Marathon niet te veel op deze trail lijkt. Met dank aan YouTube kon ik concluderen dat deze marathon teveel weg had van een trail en toch niet helemaal voor mij was weggelegd. Nee, volgende jaar dan maar een andere...
Totdat mijn trainer mij erop attendeerde dat ik ook nog aan de Eindhovense Marathon kon meedoen. Het twaalf-wekenplan zou ik daarmee niet voltooien, maar het zou moeten lukken. Na het herstel van de trail had ik nog een dikke twee weken om mij klaar te stomen. Het lukte me nog om flink wat kilometers af te leggen, maar heel lekker ging het niet. Een buikvirusje maakte het lastig om een stuk van 32km af te ronden, maar ik merkte desondanks dat het qua uithoudingsvermogen toch wel goed zat.
En toen taperen: een dikke week rustig aan doen, niet op wedstrijdtempo rennen maar joggen en kortere afstanden afgelegd. Het voelde alsof m'n conditie met de dag afnam. Zou het me nog wel gaan lukken? Bovendien moest ik de strijd aangaan met een verkoudheid die iedereen om mij heen geveld had.
Het lukte me om de verkoudheid buiten de deur te houden en vol goede moed vertrok ik zondag vroeg naar Eindhoven. De regen baarde me wel zorgen, maar ik liet me er niet door uit het veld slaan. Ruim op tijd was ik in het beursgebouw en ik heb dan ook even de tijd genomen om mij mentaal voor te bereiden op wat zou komen. Eenmaal bij de start lukte het me niet om GPS te ontvangen op mijn horloge. Ach ja, dacht ik, ik ga gewoon lekker rennen. En dat heb ik gedaan. Nog niet eerder ben ik zo gemotiveerd geweest tijdens een hardloopwedstrijd. Ik heb genoten van de sfeer, het publiek, de muziek, de mederenners, de omgeving... Geen moment heb ik aan mezelf getwijfeld en het lukte me dan ook om met een mooie 03:42:53 over de streep te komen.
De tranen die volgden waren de emotionele ontlading van een bewogen hardloopjaar, waarin ik een aantal flinke dieptepunten heb gehad, maar met de marathon als enorm hoogtepunt.
Kortom, ik ben tróts op mezelf!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten